Hand-, voet- en mondziekte

Hand-, voet- en mondziekte komt door verschillende soorten enterovirussen. De ziekte komt regelmatig voor bij kinderen onder de tien jaar, ook in Nederland.

Hand-, voet- en mondziekte is overal in de wereld. In Azië zijn soms uitbraken die ernstiger zijn.

Je kunt de ziekte krijgen van iemand die is besmet en die hoest, of via contact met neus- of keelslijm, vocht uit blaren en ontlasting.

Je hebt geen klachten, en als je die wel hebt, dan zijn die niet erg. Je kunt kleine, pijnlijke, niet-jeukende, roodomrande blaasjes krijgen op je handen, voeten en in je mond. Sommige mensen krijgen ook huiduitslag op de billen, geslachtdelen en in het gezicht. Meestal gaat de ziekte vanzelf weer over, maar heel soms krijg je iets ernstigs, zoals een hersenvliesontsteking.

Er is geen vaccin tegen hand-, voet- en mondziekte. Neem goede hygiënische maatregelen: zorg ervoor dat alles zo schoon mogelijk is en dat je regelmatig je handen wast met zeep, zeker nadat je naar de wc bent geweest of een luier hebt verwisseld, en voordat je eten klaarmaakt. Gebruik bij hoesten en niezen een papieren zakdoekje, gooi dat weg na gebruik en was vervolgens je handen met zeep. Lees bij het RIVM meer over hand-, voet- en mondziekte.